Ik droom van een wereld waarin men voor een komma zou willen sterven.

E.M. Cioran in Bittere syllogismen (1952, 1993)

Er zijn filosofen met wie bijna niet te leven is. Hun denken is zo zwart, zij hebben zo weinig fiducie in de mensheid, dat je ze het liefst ongelezen zou laten. Alleen zijn ze door hun stijl ook weer zo boeiend, dat je je uitgedaagd voelt de arme homo sapiens tegen hen in bescherming te nemen. In een laatste interview (De Groene Amsterdammer, 14 december 1994), gegeven terwijl hij op zijn dood wachtte in een Parijs’ verpleeghuis, spuwt de van oorsprong Roemeense filosoof E.M. (Emil) Cioran (1911–1995) nog eenmaal zijn gal over de mens, ‘een avontuur dat onmogelijk goed kan eindigen’.
Voor Cioran is de mens een verdorven dier, minder dan een beest, zonder toekomst. De wetenschap krijgt het verwijt dat die de mensen eindeloos in leven houdt. En daardoor kunnen jonge mensen niet aan een woning komen … Hier lijkt de ooit voor een fascistische partij actieve Cioran toch een beetje een knorrige oude man te worden. Terwijl uit het citaat blijkt dat hij vooral zo bitter is uit teleurstelling. Blijkbaar heeft hij ooit de hoop gehad dat de mensen bereid waren het gewicht van de waarheid te dragen en daarvoor hun leven op het spel te zetten.

Tevens verschenen op de Filosofiekalender © Veen Media

Thema's:
Denkers: