Fundamentalisme

Fundamentalisme begint altijd met geloof in een fundament; zo’n fundament kan dus nooit fundament zijn voor dat geloof.

O.D. Duintjer in Onuitputtelijk is de waarheid (2002)

De voormalige hoogleraar wijsbegeerte aan de Universiteit van Amsterdam schrijft over de zeer persoonlijke ervaringen die een ‘blijvende laag’ vormen in de ‘archeologie van zijn ziel’, en daarmee zijn denken mede bepaald hebben. Zijn ideeën over ‘fundamentalisme’ zijn van ver vóór de huidige aandacht voor dat verschijnsel in de media. In feite beschouwde hij elke ‘verdoezeling van de elementaire grondeloosheid’ van ons bestaan als fundamentalistisch. Hoewel hij zijn denken in die tijd wel karakteriseerde als een ‘filosofie van de niet voltrokken zelfmoord’, is hij zich juist gaan bezighouden met het eigenaardige verschijnsel van de ‘levensbeaming’ of ‘-aanvaarding’: waarom staan we ’s ochtends op en in welke mate kunnen we ons openstellen voor de ervaringen die we gaan opdoen, de ontmoetingen die we zullen hebben, voor wat er verder op onze weg komt. Het is met een ‘open bewustzijn’ dat bijvoorbeeld taal en cultuur door het kind worden aangeleerd, maar dit primaire aspect van het leven valt niet samen met een bepaalde cultuur. Daarom biedt deze gedeelde geesteshouding mogelijkheden voor mensen uit verschillende culturen om tot een zekere verstandhouding te komen.

Tevens verschenen op de Filosofiekalender © Veen Media