Utilisme kan haar doel alleen bereiken door de algemene bevordering van edelmoedigheid van karakter.

John Stuart Mill in Utilisme (2020)

De utilistische maatstaf voor de moraal is niet het grootste geluk voor de handelende persoon zelf, maar ‘de grootste hoeveelheid geluk in totaal’. Dat betekent volgens Mill dat iemand met een edelmoedig karakter misschien zelf niet gelukkig is, wellicht juist omdat hij lijdt onder het feit dat er maar zo weinig mensen zijn zoals hij. Er kan echter geen twijfel over bestaan dat zo iemand andere mensen gelukkig maakt en dat de wereld in het algemeen onmetelijk veel profijt van diens edelmoedigheid heeft. Volgens het principe van utilisme moeten we dus in opvoeding en onderwijs de edelmoedigheid van karakter bevorderen.

Tevens verschenen op de Filosofiekalender © Veen Media