Innerlijkheid

Boeken zijn innerlijker dan de innerlijkheid.

Emmanuel Levinas, geciteerd in Renée van Riessen in De ziel opnieuw (2013)

De vader van Levinas was boekhandelaar en van jongs af aan was hij geïnteresseerd in boeken, in eerste instantie vooral romans als die van Dostojevski en Gogol. De raadselachtige uitspraak over boeken, dat die innerlijker zijn dan de innerlijkheid, verwijst volgens Van Riessen naar het feit dat boeken juist buiten onszelf bestaan. De gedachten daarin ‘plooien’ zich niet automatisch naar ons innerlijk, maar verrassen soms en geven soms aanstoot. In ieder geval zijn ze anders dan wij. En onze menselijkheid is enerzijds gebaseerd op ons innerlijk, maar we hebben een instantie buiten ons nodig om werkelijk innerlijk te worden.

Tevens verschenen op de Filosofiekalender © Veen Media

De zelfgenoegzaamheid van ieder wezen wordt onophoudelijk aangevochten door zijn naasten.

Georges Bataille in De innerlijke ervaring (1943, vertaling 1989)

In zijn boek, dat hij zelf een ‘relaas van wanhoop’ noemt, probeert Bataille (1897–1962) de innerlijke ervaring te beschrijven. Het gaat om de ervaring waar innerlijk en uiterlijk, object en subject, binnen en buiten versmelten, en die zich daarom juist niet beschrijven laat. In het fragmentarische essay heeft hij het onder meer over de ‘samenstelling van de wezens’, en stelt hij dat aan de basis van het menselijk leven een ‘beginsel van ontoereikendheid’ ligt. Dit principe wordt ons pijnlijk duidelijk in onze omgang met anderen. ‘Zelfs een blik die bewondering uitdrukt, klampt zich als twijfel aan mij vast.’ Zelfs als iemand je ‘begaafdheid’ prijst, verlaagt hij je meer dan dat hij je verhoogt. Want dan is het onmogelijk geworden nog ‘eenvoudig’ te leven, want wee je gebeente als je een keer tekortschiet. ‘Een schaterlach, een uitdrukking van afkeer oogsten gebaren, zinnen, gebreken waarin mijn diepe ontoereikendheid zich verraadt.’

Tevens verschenen op de Filosofiekalender © Veen Media