Meesterschap

Meesterschap is de karaktertoestand die ervoor zorgt dat iemand de juiste keuzes kan maken.

Aristoteles in Ethica Nicomachea

Waar de Griekse filosoof Aristoteles het hier over heeft, wordt vaak vertaald met ‘voortreffelijkheid’, maar Kessels, Boers en Mostert (Vrije ruimte, 2002, p. 138) noemen het meesterschap. In beide gevallen gaat het om het uiteindelijke doel van de persoonlijke ethiek, de leer van het goede leven.
Volgens Aristoteles kun je je die levenshouding, die je in staat stelt om juist te kiezen, eigen maken door te oefenen. Ten eerste moet je steeds nadenken (reflecteren) over de keuzes die je daadwerkelijk hebt gemaakt en die afzetten tegen de maatstaven voor het goede leven (je waarden). Dan kun je je voornemen het de volgende keer net zo of juist anders te doen.
Maar wat doe je als je voor een keuze staat? Dan bepaal je wat het ‘juiste midden’ is, wat voor Aristoteles het redelijke principe van de praktische wijsheid is. Dat doe je door eerst vast te stellen wat in de gegeven situatie ‘een teveel’ (bijv. roekeloosheid) of ‘een te weinig’ (bijv. lafheid) is. Dan weet je vanzelf wat je moet doen: moedig zijn.

Tevens verschenen op de Levenskunstkalender © Veen Media

Er bestaat geen betere manier om je bewust te worden van wat je zelf voelt dan door te proberen voor jezelf te reconstrueren wat een meester heeft gevoeld.

Marcel Proust, geciteerd door Alain de Botton in Hoe Proust je leven kan veranderen (1997)

De Franse schrijver Marcel Proust (1871-1922) is met name bekend van één groot meesterwerk: Op zoek naar de verloren tijd (1908-1922). Deze roman in zeven delen, andere geschriften en Prousts leven bieden volgens Alain de Botton wijsheden waarmee wij ons voordeel kunnen doen. Proust leert ons onder meer te genieten van het leven, wat echte vriendschap is en bijvoorbeeld ook hoe je ‘met succes kunt lijden’.
Verder betoogt Proust dat je heel veel kunt leren van het lezen van grote schrijvers. Hij spreekt met dedain over de ‘middelmatige lieden’, die zich afvragen waarom het je iets kan schelen wat een filosoof of romancier over zijn ideeën of gevoelens zegt. Je kunt toch gewoon zelf denken of voelen? Maar volgens Proust berust dit op een ernstig misverstand: iedereen die zich heeft gestort op een ‘spirituele discipline’ zal (h)erkennen dat daarmee ‘zijn begrip en gevoeligheid oneindig groter zijn geworden, en zijn kritische geest op geen enkel moment is uitgeschakeld’. Door ons te laten leiden door grote geesten ‘brengen we onze eigen gedachten, samen met die van hem, aan het licht’.

Tevens verschenen op de Filosofiekalender © Veen Media

Meesterschap is de karaktertoestand die ervoor zorgt dat iemand de juiste keuzes maakt …

Aristoteles in Ethica Nicomachea (1106 b 36)

Volgens de Griekse denker Aristoteles (384–322 v.Chr.) is meesterschap (of deugd) dus een vast gedragspatroon dat iemand zich eigen heeft gemaakt, en wel zo dat hij bij zijn keuzes een middenweg kiest tussen wat voor hem ‘een teveel of een te weinig’ zou zijn. Verder moeten die keuzes gebaseerd zijn op een redelijk principe, namelijk dat waar iemand met praktische wijsheid naar zou handelen.
Als je één keer een juiste beslissing neemt, wil dat nog niet zeggen dat je een meester bent. Om dat meesterschap te bereiken moet je je oefenen in het goed of deugdzaam leven. Dat doe je in de eerste plaats door steeds goed na te denken over de keuzes die je daadwerkelijk hebt gemaakt en of die overeenkomen met de maatstaven die je wilt hanteren. Om wat in een bepaald geval het juiste midden voor je is, moet je volgens Aristoteles nagaan wat in de gegeven situatie te veel zou zijn (bijv. roekeloosheid) en wat te weinig (bijv. apathie). In het midden ligt de moed, en die moet je dan dus betonen.

Tevens verschenen op de Filosofiekalender © Veen Media