Dierenrechten

Voor elke fluitende vogel is er een veelvoud aan vogeltjes die een miserabel kort leven leiden.

Stijn Bruers in Beter worden in goed doen – Vergroot je impact met effectief altruïsme (2018)

Sommigen zullen vinden dat de Vlaamse moraalfilosoof Stijn Bruers absurd ver gaat in het rationaliseren van onze behoefte om goed te doen. Bruers maakt deel uit van een beweging van zogenaamde effectieve altruïsten, die ernaar streven met hun geld en tijd een maximale hoeveelheid aan ‘goeds’ teweeg te brengen. Het kost bijvoorbeeld 40.000 euro om een blindengeleidehond op te leiden waar één blinde een aantal jaren plezier van heeft. Maar voor 40 euro kun je voorkomen dat een kind Afrika blind wordt door een trachoom, een ontsteking van het oogbindvlies. Een effectief altruïst hoeft er dan niet lang over na te denken waar hij zijn geld voor wil inzetten.

Een meer fundamentele vraag is waar wij als individuen, door de keuze van opleiding en werk, en als samenleving, door besteding van belastinggeld, het meeste goed kunnen doen. In dat verband wijst Bruers op het ‘sterk verwaarloosde probleem’ van het enorme leed van veel dieren in het wild, door honger, ziektes, ongevallen, parasieten, roofdieren en gevechten. We mogen dit volgens hem beslist niet onderschatten want het gaat in totaal om triljarden dieren en intense ervaringen van pijn, angst en stress. En hij vindt dat we moeten ingrijpen om dit leed te verlichten, eventueel door te zorgen dat bepaalde soorten (zoals roofdieren) niet meer geboren worden … Wie daar tegen is, is ten prooi gevallen aan de morele illusie dat wilde dieren onze hulp niet waard zijn.

Tevens verschenen op de Filosofiekalender © Veen Media

Het zal ooit erkend worden dat het aantal benen, de harigheid van het vel of het hebben van een staart, onvoldoende redenen zijn om een sensitief wezen aan zijn lot over te laten.

Jeremy Bentham in An introduction to the principles of morals and legislation, Volume 2 (1789)

De Engelse jurist, filosoof en sociaal hervormer Jeremy Bentham (1748-1832) is een van de eerst pleitbezorgers van de rechten van het dier. Het utilitarisme, waar hij een van de grondleggers van is, meet de morele waarde van een handeling af aan de mate waarin die handeling een bijdrage levert aan het algemeen nut, dat meestal nader wordt gespecificeerd als het bevorderen van het geluk of het wegnemen van het ongeluk van zo veel mogelijk mensen. Maar volgens Bentham voelen dieren pijn op dezelfde manier als mensen en ‘de dag zal komen dat de rest van het dierenrijk dezelfde rechten zal verkrijgen, die hun alleen door tirannie zijn ontnomen’. Hij wees ook al op het gevaar om ‘logisch redeneren’ als criterium voor mensenrechten te nemen, want dan zouden immers ook baby’s en verstandelijk gehandicapten als louter dingen moeten worden behandeld. ‘De vraag is niet of dieren logisch kunnen redeneren, en ook niet of ze kunnen praten, maar of ze kunnen lijden.’

Tevens verschenen op de Filosofiekalender © Veen Media

Als een cartesiaan zich in de klauwen van een tijger zou bevinden, zou hij duidelijk beseffen welk een scherp onderscheid dat beest tussen zijn ik en niet-ik maakt.

Arthur Schopenhauer in Dat ben jij – Over de grondslag van de moraal (1840, 2010, p. 148)

Cynici die zich begerig op het werk van Schopenhauer storten om hun amoraliteit te legitimeren, komen bedrogen uit als zij ontdekken dat Schopenhauer nota bene het medelijden als ‘enige echte morele drijfveer’ opvoert. Een van de vele argumenten die hij daarvoor heeft, is dat het medelijden ook ‘de dieren in bescherming neemt’. De wreedheid en barbarij jegens dieren in het Westen wordt filosofisch gefundeerd door Descartes ‘als een noodzakelijke consequentie van zijn dwalingen’. Dat leidt tot onzinnige gedachten als zouden dieren geen bewustzijn van zichzelf hebben. ‘Om zulke smakeloze beweringen te logenstraffen, hoeft men alleen maar te wijzen op het ingewortelde egoïsme van elk willekeurig dier.’ Zo kan een cartesiaan zich dus van de onjuistheid van zijn ideeën laten overtuigen door een tijger in het wild op te zoeken …

Tevens verschenen op de Filosofiekalender © Veen Media