Modernisering

Wanneer het tapijt onder je voeten wordt weggetrokken, begrijp je meteen dat je je bezig moet gaan houden met de vloer …

Bruno Latour in Waar kunnen we landen? Politieke oriëntatie in het Nieuwe Klimaatregime (2017, 2018)

Volgens Latour gaap je van verveling als je wordt gevraagd op te komen voor de natuur, maar ben je meteen klaarwakker als je je territorium moet verdedigen. ‘Oog in oog met Gaia’ beseffen we dat natuur territorium geworden is: niet langer iets wat buiten ons staat, maar iets waar we zelf deel van uitmaken. En dat is iets wat ‘veel vitaler, veel existentiëler – en ook veel begrijpelijker, want veel directer is’. Omdat de volken die door de moderniserende westerlingen werden gekoloniseerd noodgedwongen experts zijn geworden in hoe je ‘verovering, uitroeiing en inbezitneming van land overleeft’, kunnen we juist van hen veel leren.

Tevens verschenen op de Filosofiekalender © Veen Media

De filosoof is niet de expert, maar de stuntman van de expert: zijn stand-in voor het gevaarlijke werk.

Odo Marquard in ‘Über die Unvermeidlichkeit der Geisteswissenschaften’ (1985)

De Duitse filosoof Odo Marquard (1928-2015) stelde dat de steeds verdergaande modernisering van het bestaan zeker niet betekent dat we de filosofie niet meer nodig hebben en kunnen volstaan met natuurwetenschap en techniek. Een belangrijke reden daarvoor is dat natuurwetenschap eigenlijk alleen kan omgaan met eenduidige standen van zaken (al komt daar wel verandering in), terwijl wij allemaal weten dat zeker in mens en samenleving zelden sprake is van eenduidigheid. En als dat wel zo zou zijn, kun je er donder op zeggen dat er van alles met geweld het zwijgen wordt opgelegd. Juist de menswetenschappen, die zich oriënteren op de aloude geesteswetenschappen en niet op een gesimplificeerd natuurkundig mens- en wereldbeeld, kunnen ons daarvoor gevoelig maken. Ten slotte is er ook richting nodig voor individu en samenleving, juist omdat alles meerduidig is. Daarvoor moet je bij de filosofen zijn, want die zijn het al vanaf het allereerste begin gewend dat er over vrijwel niets overeenstemming was tussen de verschillende denkers. Bovendien zijn filosofen generalisten, die gewend zijn zich overal mee te bemoeien en lastige vragen te stellen en gesteld te krijgen.

Tevens verschenen op de Filosofiekalender © Veen Media

Niets is minder conservatief, en niets staat zozeer met beide benen op de Grond als religie.

Bruno Latour in ‘Will non-humans be saved? An argument in Ecotheology’, uit Journal of the Royal Anthropological Institute (2009)

Inmiddels is duidelijk geworden dat Bruno Latours (1947) vraag ‘moderniseren of ecologiseren’ (1997) kan worden beantwoord: moderniseren werkt niet. Alleen is nog niet helemaal duidelijk wat ‘ecologiseren’ betekent. De voorgestelde oplossingen sluiten in ieder geval niet aan op de bedreigingen van de ecologische crisis. ‘Als de eerste trillingen van de Apocalyps te horen zijn, zouden de voorbereidingen op het einde iets meer mogen zijn dan het gebruik van een ander soort lamp …’

Als mensen apocalyptische termen gaan gebruiken, kun je je volgens Latour beter direct tot de religie wenden, in plaats van die alleen maar ‘metaforisch’ te behandelen. Er is immers geen twijfel over mogelijk dat de religie alles te maken heeft met ‘radicale veranderingen in de aard van het dagelijks leven’. Religie heeft bovendien een vast vertrouwen in ‘Incarnatie’: ‘voor de transsubstantiatie van brood en wijn in vlees en bloed, heeft er al een andere onbetwijfelbare transsubstantiatie plaatsgevonden, die even mysterieus is’, namelijk die van graan en druiven in brood en wijn.

Daarom dient religie, in ieder geval in christelijke gedaante, zich aan als een plausibel alternatief voor een ecologisch bewustzijn, dat ethisch en emotioneel zo veel minder kracht heeft om ons ertoe te brengen te doen wat nodig is om mensen en niet-mensen te redden.

Tevens verschenen op de Filosofiekalender © Veen Media