Marcel Proust, geciteerd door Alain de Botton in Hoe Proust je leven kan veranderen (1997)
De Franse schrijver Marcel Proust (1871-1922) is met name bekend van één groot meesterwerk: Op zoek naar de verloren tijd (1908-1922). Deze roman in zeven delen, andere geschriften en Prousts leven bieden volgens Alain de Botton wijsheden waarmee wij ons voordeel kunnen doen. Proust leert ons onder meer te genieten van het leven, wat echte vriendschap is en bijvoorbeeld ook hoe je ‘met succes kunt lijden’.
Verder betoogt Proust dat je heel veel kunt leren van het lezen van grote schrijvers. Hij spreekt met dedain over de ‘middelmatige lieden’, die zich afvragen waarom het je iets kan schelen wat een filosoof of romancier over zijn ideeën of gevoelens zegt. Je kunt toch gewoon zelf denken of voelen? Maar volgens Proust berust dit op een ernstig misverstand: iedereen die zich heeft gestort op een ‘spirituele discipline’ zal (h)erkennen dat daarmee ‘zijn begrip en gevoeligheid oneindig groter zijn geworden, en zijn kritische geest op geen enkel moment is uitgeschakeld’. Door ons te laten leiden door grote geesten ‘brengen we onze eigen gedachten, samen met die van hem, aan het licht’.
Tevens verschenen op de Filosofiekalender © Veen Media
Tevens verschenen op de Filosofiekalender © Veen Media
‘Ik schaam mij, dus ik besta’, is de conclusie van Van Raalten, nadat hij zich door Sartre, Jaspers, Scheler, Nietzsche, maar vooral door Kierkegaard heeft laten inspireren: ‘Nergens is de mens zich zo sterk van zichzelf bewust als in de schaamte.’ Het menselijk bestaan wordt op gang gebracht door de ‘nooit aflatende dialectiek’ die het krijgt door de schaamte. Het doet ons heen en weer bewegen tussen een afgeremd en opgewekt gevoelsleven, verhulling en onthulling van ons lichaam, kritische terughoudendheid en geestelijke zelfverwerkelijking, een besef van eenzaamheid en verbondenheid met het heilige. ‘Schaamte is groei, leven, ontwikkeling.’ Natuurlijk is schaamte een vervelend gevoel, een ervaring van kleinheid en ontoereikendheid, maar ‘tevens een bewijs van het anders-willen, van ergernis en toorn om de mislukking’. Wie zich niet langer schaamt, leeft in feite niet meer: ‘Buiten de schaamte is de wereld van het levenloos-onpersoonlijke, van de indifferent-wetmatige natuur, van de steriele wetenschappelijkheid, van het Konzentrationslager.’
Tevens verschenen op de Filosofiekalender © Veen Media
Waarom schiet een politicus vol als hij spelende kinderen ziet? Omdat het een beroep doet op zijn gevoel: ‘In het rijk van de kitsch heerst de dictatuur van het hart.’ Kitsch wekt twee tranen van ontroering op; de eerste vanwege het zien van ‘die vrolijke kinderen’, de tweede vanwege de schoonheid dat je dat eerste gevoel met iedereen deelt. ‘Broederschap van alle mensen op aarde kan alleen gebaseerd zijn op kitsch.’ Daarom pakken politici ieder kind op dat ze zien als het oog van de camera’s op hen gericht is. In een democratie, waarin meerdere partijen elkaars invloed beperken, kunnen we volgens Kundera nog enigszins ontsnappen aan ‘de inquisitie van de kitsch’. Maar in een eenpartijstaat heerst de ‘totalitaire kitsch’. Hier is al het individuele, elke twijfel en ironie uit het leven gebannen en ook alles wat niet overeenstemt met het algemene beeld: een moeder die haar kind verlaat of een man die van mannen houdt. Want ‘elk verschil is een fluim in het gezicht van de glimlachende broederschap’.
Tevens verschenen op de Filosofiekalender © Veen Media
Ja, meent Wittgenstein. Zelfs over zoiets als de authenticiteit van een gevoel dat iemand uitdrukt, kun je zeggen dat er mensen zijn die ‘beter’ oordelen, en anderen ‘slechter’. Iemand met meer mensenkennis zal beter kunnen beoordelen of een gevoel bij iemand echt is en zal op basis daarvan de toekomst beter voorspellen. Kun je een dergelijke kennis ook leren? Ja, sommige mensen kunnen dat wel, alleen niet door er een ‘cursus’ in te volgen, maar alleen door ‘ervaring’. Bij het verwerven van die ervaring kun je geholpen worden door een leermeester, die je af een toe een ‘tip’ geeft, een wenk. Je krijgt geen techniek aangeleerd, maar je verbetert je oordeel wel. Er zijn ook wel regels, alleen vormen die niet een (sluitend) systeem en moet je al ‘ervaren’ zijn om ze goed toe te passen. In ieder geval zal de psychologie daar nooit ‘wetenschap’ van kunnen maken. Wittgensteins biograaf Ray Monk denkt dat we bij de bedoelde ‘vakman’ eerder moeten denken aan iemand als pater Zossima in De broers Karamazov van Dostojevski. Over hem heeft Wittgenstein zelf gezegd dat er ‘werkelijk zulke mensen zijn geweest, die regelrecht in de ziel van anderen konden kijken en hun raad konden geven’.
Tevens verschenen op de Filosofiekalender © Veen Media
Voor Solovjov is het duidelijk dat het liefdesgevoel geen evolutionair doel dient. Als bewijs daarvoor wijst hij op de talrijke zelfmoorden (de jonge Werther van Goethe, bijvoorbeeld) die een gevolg zijn van een ongelukkige liefde. Als het er alleen maar om zou gaan dat een grote liefde wordt opgewekt om te leiden tot het nodige nageslacht, dan zou dat ook het belangrijkste moeten zijn. In plaats daarvan is de grote liefde erop gericht dat twee levens tot een ‘werkelijke en onverbrekelijke eenheid worden samengevoegd’. Dan wordt het Bijbelse woord waar dat ‘de twee zullen zijn één vlees’. Twee mensen (voor Solovjov eigenlijk alleen man en vrouw) kunnen elkaar letterlijk zien zoals ze geschapen zijn naar Gods beeld (Genesis). Hoewel ‘gemeenschap in uiterlijke zin’ ook voorkomt zonder liefde en daarom niet wezenlijk is voor de liefde, is het volgens Solovjov ook zo dat een ‘uitsluitend geestelijke liefde’ een ‘droomachtig en onvruchtbaar zwelgen in gevoelens’ is. Een ware spiritualiteit is ‘de wedergeboorte, de verlossing en de opstanding’ van het vlees. Overigens heetten de twee grote liefdes in Solovjovs eigen leven beiden Sophia ... maar met geen van beiden kwam het tot een huwelijk.
Tevens verschenen op de Filosofiekalender © Veen Media
begeleiding bij bezinning
filosofisch consult
socratisch gesprek
moreel beraad