Deze passage uit de Confessiones van de kerkvader Aurelius Augustinus van Hippo (354–430) wordt wel beschouwd als de eerste keer dat ‘de antropologische vraag’ wordt gesteld in de filosofie. Augustinus maakt onderscheid tussen de vraag ‘wie ben ik’ en de vraag ‘wat ben ik’. De eerste vraag (zie het citaat) kan Augustinus zelf beantwoorden door te reflecteren op zijn eigen ervaringen en begrippen. De tweede vraag, naar de aard van de mens, kan hij alleen aan God stellen.
Tevens verschenen op de Filosofiekalender © Veen Media
Augustinus
De Nederlandse socioloog en jurist Kees Schuyt (1943) omschrijft tolerantie als ‘het bewust achterwege laten van een negatieve reactie tegen iets of iemand waar men reële en serieuze bezwaren tegen heeft’ (In: Fokkema & Grijzenhout, Rekenschap 1650–2000, 2001). Intolerantie is dan het juist wél voltrekken van een negatieve handeling op grond van die negatieve houding.
Tevens verschenen op de Filosofiekalender © Veen Media
Augustinus in Belijdenissen
begeleiding bij bezinning
filosofisch consult
socratisch gesprek
moreel beraad